Polderhoofdkanaal en Nij Beets
Varend vanaf Uilesprong richting Rolbrug ziet u, bij de molen, een zelfbedieningspontje voor fietsers
en wandelaars. Dit pontje is een onmisbare schakel in de natuur-, kunst-
en cultuurroute in de omgeving van Nij Beets en Tijnje:
Domela's Pad (bron: www.tynje.nl). De route is ongeveer 25 kilometer lang. In het gebied stroomt
een oeroude beek: het Koningsdiep, ook wel Ouddiep en Boorne genoemd.
Iets verderop ligt het Sudergemaal. Dit gemaal, gebouwd in
1924, is één van de eerste elektrische gemalen van Friesland. Na de
vervening bleef drassig land over. Door het land te bemalen kon het in
cultuur worden gebracht. Het Sudergemaal, met een capaciteit van 160.000
liter water per minuut, is tot in 1987 in gebruik geweest. Het gemaal
wordt door museum It Damshûs beheerd als museumgemaal en galerie.
Op korte afstand van het Sudergemaal ligt aan uw linkerhand de Schouwstraslûs. Via die
sluis komt u op het Polderhoofdkanaal. Dat in 2015 heropende kanaal vormt een verbinding tussen de Nieuwe Vaart
en het Grietmansrak bij De Veenhoop. Vanaf de Noordersluis bij De Veenhoop kunt u naar Akkrum,
Grouw, Nationaal Park De Alde Feanen, Eernewoude of Drachten varen.
Het Polderhoofdkanaal gaat door het dorpje Nij Beets. Nij Beets is in
1863 ontstaan als turfnederzetting. Bezienswaardig is het
openluchtmuseum It Damshûs. In het museumdorp zijn veel opstallen te
zien die rond 1920 beeldbepalend waren voor Nij Beets. Op het
landschappelijk gedeelte ziet u de verandering van het landschap als
gevolg van het afgraven van het laagveen. U proeft in het museum de
schrijnende armoede die in de tijd van de vervening in dit gebied heeft
geheerst.
Tijnje
Het dorpje Tijnje ligt ten zuiden van de Rolbrug. Ook Tijnje is in de
tweede helft van de 19e eeuw ontstaan als veendorp. In Tijnje bevindt
zich het eerste Nederlandse Opelmuseum. De kerk aan de Rolbrêgedyk is
in 1921 geheel uit gewapend beton opgetrokken, een merkwaardig en
zeldzaam bouwwerk van monumentale waarde. Op de begraafplaats bevindt
zich een klokkenstoel.
Gorredijk
De "Vlecke Gorredijk" is ontstaan omstreeks 1630 toen een
vaart werd gegraven om het veen te ontwateren en om turf per schip te
kunnen afvoeren. Bij de kruising van de vaart en de weg van Assen naar
Heerenveen vestigden zich ambachtslieden, neringdoenden en kooplieden.
Rond 1672 werd wegens het strategisch belang en de economische betekenis
van Gorredijk, als onderdeel van de Friese Waterlinie, een vesting om de
toenmalige bebouwing aangelegd. In de 18e eeuw was Gorredijk een
belangrijk handelscentrum.
Gorredijk is nu het bruisende winkelhart in
de gemeente Opsterland. In de zomer is het bij de sluis vaak gezellig
druk. Als u in het centrum van Gorredijk wandelt ziet u aan de fraaie
huizen en gevels dat Gorredijk vroeger een zekere grandeur heeft gekend.
Aan de Brouwerswal, de Kerkewal en in de Hoofdstraat staan nog panden
uit de 18e en 19e eeuw. In Streekmuseum Opsterlân, gevestigd in een
schoolgebouw uit 1888, wordt veel aandacht gegeven aan de geschiedenis
van Gorredijk, waaronder de vervening, het werk van de zilversmeden en
de geschiedenis van de Joodse gemeenschap.
Terwispel
Het dorpje Terwispel, iets ten noorden van Gorredijk, wordt in 1315
Wispolia genoemd. In de omgeving van Terwispel zijn in 1863 zilveren
munten uit 750 gevonden. Door de vervening in de tweede helft van de 19e
eeuw steeg het aantal inwoners snel. De rond 1850 gegraven Nieuwe Vaart
sneed het dorpje in twee helften. De brug, die beide helften verbindt,
wordt daarom de Spaltenbrug genoemd. De kerk is in 1864 gebouwd. In de
toren hangt een door Petrus Overney in 1694 gegoten klok.
Beetsterzwaag
Beetsterzwaag, een prachtig dorp ten noorden van Gorredijk, is
ontstaan als een nederzetting waar adel en patriciaat hun
buitenverblijven stichtten. In de tweede helft van de 17e eeuw stonden
er al vier. Het dorpje ontwikkelde zich tot een deftig dorp voor de
elite. De belangrijkste deelgenoten in de veencompagnieën van destijds,
zoals bijvoorbeeld de families Fockens, Van Teijens en Lycklama à
Nijeholt, woonden in Beetsterzwaag.
Mooie, statige panden zijn
Fockensstate, Lyndensteyn, Lycklamahûs, Harinxmastate, het
Grietenijhuis (later is daarin een kantongerecht gevestigd) en het bekende landgoed Lauswolt. In
het Lycklamahûs, met een overtuin en 19e eeuwse kassen, is thans het
gemeentehuis gevestigd. Tegenover Lyndensteyn bevindt zich een door
Lucas Roodbaard ontworpen overtuin. Deze fraaie tuin is vrij
toegankelijk. In Huize Olterterp (bij Olterterp) is het hoofdkantoor van
It Fryske Gea gevestigd. De prachtige bossen in de omgeving van
Beetsterzwaag zijn vanaf het begin van de 19e eeuw aangeplant door
grootgrondbezitters. In Beetsterzwaag bevindt zich een Toeristisch Informatiepunt.
Lippenhuizen
Lippenhuizen, een dorpje ten oosten van Gorredijk, is ontstaan in de
Middeleeuwen. In het begin van de 18e eeuw is hier de vervening
begonnen. De in 1743 gebouwde kerk is herbouwd in 1860. De preekstoel
stamt uit de 17e eeuw. Ten noordwesten van het dorp staat een uit
omstreeks 1860 stammend tolhuis. De in expressionistische stijl gebouwde
watertoren stamt uit 1932. Ten noorden van Lippenhuizen bevindt zich een
natuurgebied: de Lippenhuister Heide.
Jubbega en Hoornsterzwaag
Het gebied Jubbega - Hoornsterzwaag is vanaf omstreeks 1200 bewoond. In
de tweede helft van de 17e eeuw is hier de vervening begonnen. De turf
werd via de Schoterlandse Compagnonsvaart vervoerd naar Heerenveen. Het
kerkje in Hoornsterzwaag is gebouwd in 1621. Het vervenershuisje bij de
"dikke beam" stamt uit 1861. De kerk bij Jubbega 3e sluis is
gebouwd in 1864.
Hemrik
Hemrik, gelegen tussen Gorredijk en Wijnjewoude, is in de Middeleeuwen
ontstaan. In oude geschriften wordt vermeld dat er in 1315 een
kapelletje stond. Op de fundamenten van het middeleeuwse kerkje werd in
1739 de huidige kerk gebouwd. De witgepleisterde kerk staat op de lijst
van Rijksmonumenten. In de kerk staat een preekstoel uit de 17e eeuw.
Bij de kerk staat een klokkenstoel uit 1739. De klok is in 1495 gegoten
door Gerardus van Wou. Het agrarische dorpje kreeg in de tweede helft
van de 18e eeuw een impuls door de turfwinning. De sluiswachterswoning
stamt uit ongeveer 1880. Ten noordwesten van Hemrik bevindt zich het
natuurgebied Hemrikker Scharren.
Wijnjeterp en Duurswoude
Duurswoude en Wijnjeterp zijn twee streekdorpen die in de late
Middeleeuwen zijn ontstaan. In 1974 zijn ze samengevoegd tot Wijnjewoude.
In het midden van de 18e eeuw is ten zuiden van het vroegere Wijnjeterp,
in verband met de vervening van het gebied, de Opsterlandse
Compagnonsvaart gegraven. De sluiswachterswoning bij het
Wijnjeterperverlaat stamt uit ongeveer 1880. De kerk is gebouwd in 1778.
De preekstoel, het doophek en de herenbank zijn in rococostijl. Naast de
kerk staat een klokkenstoel met drie klokken. Ten noorden van het
Wijnjeterperverlaat bevindt zich het natuurgebied Wijnjeterper Schar.
Het kerkje in het vroegere Duurswoude stamt uit omstreeks 1250 en is
daarmee de oudste kerk in de gemeente Opsterland. Op het kerkhof staat een
zeldzaam priesterhuisje. Het orgel is omstreeks 1723 vervaardigd door
Frans Caspar Schnitger. De bossen ten oosten van Wijnjewoude zijn in de
tweede helft van de 19e eeuw aangelegd in opdracht van familie Lycklama
à Nijheholt. Ten oosten van Wijnjewoude ligt ook het natuurgebied
Duurswouder Heide, het grootste heideveld van Friesland. In dit gebied
bevinden zich pingoruïnes.
Bakkeveen
Ten noordoosten van Wijnjewoude ligt Bakkeveen, nu het toeristisch hart
van de gemeente Opsterland. Bakkeveen is in de late Middeleeuwen
ontstaan bij de in de 13e eeuw gevestigde uithof van klooster
Mariëngaarde. In de tweede helft van de 17e eeuw begon de vervening
door de Drachtster Compagnie. De Bakkeveensevaart werd gegraven. In 1818
is begonnen met de bouw van de Slotplaats. In 1922 werd de boerderij
verbouwd tot landhuis. Thans is het gebouw, met omliggende gebieden,
eigendom van Natuurmonumenten. In het koetshuis is onder meer een
Toeristisch Informatiepunt gevestigd. De kerk stamt uit 1856. De uit de 19e eeuw
stammende houten schaapskooi is de enige in Friesland. Bij Bakkeveen
ligt een grote zandvlakte met zandverstuivingen: de Bakkeveenster
Duinen. Rondom Bakkeveen liggen fraaie natuurgebieden: Landgoed De
Slotplaats met het daarnaast gelegen Oude Bosch en het Mandeveld ten
oosten van Bakkeveen. De Holle Weg over de iets verder naar het oosten
gelegen heide bij Allardsoog, is bijzonder oud. Deze tot op de leemlaag
uitgesleten weg werd al door het Trechterbekervolk gebruikt.
Waskemeer en Haulerwijk
Waskemeer en Haulerwijk, ten oosten van Wijnjewoude, zijn door de
vervening vanuit Bakkeveen in de tweede helft van de 18e eeuw ontstaan.
In de omgeving liggen twee natuurgebieden: het Haulerveld en het Blauwe Bos.
Donkerbroek
Donkerbroek, gelegen ten zuiden van Wijnjewoude, wordt voor het eerst
genoemd in een oorkonde uit 1408 over een geschil met de bisschop van
Utrecht. De kerk stamt uit 1714. Bij de kerk staat een dubbele
klokkenstoel. Omstreeks 1790 is de Opsterlandse Compagnonsvaart bij
Donkerbroek gegraven. Langs de Herenwal staan enkele karakteristieke
huisjes. Iets ten zuiden van Donkerbroek ligt Landgoed Ontwijk, met een
toegankelijk wandelbos.